De ontwikkelingen op het gebied van cel- en gentherapieën kunnen de geneeskunde mogelijk voor altijd veranderen. Patiënten met voorheen een ongeneeslijke genetische aandoening hebben hierdoor een nieuwe kans op behandeling of zelfs mogelijke genezing.
Wat cel- en gentherapieën zo uniek maakt, is dat ze niet enkel de symptomen verhelpen, maar een aandoening ook effectief een halt kunnen toeroepen of de genetische hoofdoorzaak van de aandoening kunnen aanpakken. Het zijn bovendien vaak eenmalige behandelingen, die de onderliggende oorzaak van een aandoening bij de bron aanpakken.